Hongaarse werker welkom.

[Wilhelmus Johannes]

Hongaarse werker welkom

’ZE ZIJN NIET ZO AVONTUURLIJK EN FLEXIBEL ALS DE POLEN’

BOEDAPEST – Na Poolse, Spaanse en Roemeense werkers zijn nu ook Hongaarse technici, productiemedewerkers en verpleegkundigen in trek bij Nederlandse werkgevers. Zij vallen in de smaak omdat ze hard werken, goed zijn opgeleid, behoorlijk Engels of Duits spreken en ’minder drinken dan de meeste Polen’. De Hongaren zelf willen graag in Nederland aan de slag vanwege het hogere salaris. Vaak krijgen ze hier het dubbele of meer van wat ze in hun vaderland kunnen verdienen.

Uitzendbedrijf Staffing Associates werft sinds het begin van dit jaar tijdelijk personeel in Boedapest. „We hebben via onze lokale partner EU-Work al zeker 150 mensen over laten komen voor diverse opdrachtgevers”, zegt directeur Marcel Slaghekke. „Naar volle tevredenheid, want het arbeidsethos van de Hongaren is hoog.”

De werkloosheid in Hongarije is niet zo hoog en schommelt rond de 10 tot 11%. „Zeker driekwart van alle mensen die wij uitzenden zitten dan ook niet op een schopstoel. Zij hebben een goede baan in hun vaderland, maar kunnen in het westen meer verdienen”, legt Marcell Tanay, de oprichter van EU-work, het grootste recruitmentbedrijf voor de internationale markt in Hongarije, uit.

Jonge technici op mbo-niveau verdienen in Hongarije hooguit €500 tot €700 bruto per maand. Zorgpersoneel verdient soms nog minder. Tanay: „Een dergelijk maandloon is niet genoeg om een gezin van te onderhouden. Voor wie een familie wil stichten, is het lucratief om tijdelijk in het buitenland te gaan werken en geld te sparen.”

Het salaris is dan ook de belangrijkste drijfveer voor de Hongaarse uitzendkrachten om tijdelijk hun geluk over de grens te beproeven. Dat geldt ook voor Robert Kondacs (27), die er er geen doekjes om windt. „In Hongarije zijn de lonen te laag. Hier verdien ik tenminste wat.” Al heeft hij zich ook ten doel gesteld om goed Engels te leren. Bij het van origine Spaanse bedrijf Mivisa in Horst, waar Kondacs sinds maart in de conservenfabriek werkt, is de voertaal Engels. „Ik werk samen met mensen uit Nederland, Duitsland, Polen, Spanje en Hongarije.”

Ook Peter Magittay (25) student internationale betrekkingen in Hongarije, heeft zijn studie op een laag pitje gezet om in Nederland te werken. „Ik wilde mijn Engels verbeteren en ook een beetje Nederlands leren.”

Bij de conserverenfabriek Mivisa in het Limburgse Horst staat hij al bijna acht maanden als operator aan de lopende band. „Het is simpel en zwaar werk, maar het betaalt, zeker voor Hongaarse begrippen goed. Toch was het salaris voor mij niet de hoofdreden om naar Nederland te komen. Ik wilde internationale ervaring opdoen. Nederland bevalt mij uitstekend. Ik heb het hier enorm naar mijn zin. Het is een dynamisch land, waar veel mogelijkheden zijn en hard werken loont”, zegt Magittay.

EU-work doet vooral zaken met Duitsland, Oostenrijk en het Verenigd Koninkrijk. Ryan Air en McDonalds zijn belangrijke opdrachtgevers. „Al leveren wij ook personeel voor luxe hotels in Dubai.” Nederland is een relatief nieuwe afzetmarkt voor het bedrijf, dat in 2004 werd opgericht. Uitzender Staffing Associates begeleidt op dit moment vooral vorklift- en vrachtwagenchauffeurs, productiemedewerkers en CNC draaiers (dit zijn metaalbewerkers die computergestuurde frees- en draaibanken kunnen bedienen) naar een nieuwe carrière in Nederland.

„Recent zijn door de crisis enkele fabrieken rondom Boedapest gesloten, zoals die van Nokia en Flextronics”, vertelt Tanay. „Daardoor zijn veel technische geschoolde medewerkers beschikbaar voor tijdelijke projecten in het buitenland.” Marcel Slaghekke knikt. „Mensen die voorheen mobieltjes in elkaar zetten en inpakten voor Nokia kunnen wij goed inzetten.”

http://telegraaf-i.telegraaf.nl/telegra ... 07/02/015/