De Galliërs van het Bialowieza-woud, Europa’s laatste laaglandoerbosJannes van Roermund | 23 januari 2017 | Reageer
De Poolse regering voert de houtkap op in het Bialowieza-woud, het laatste laaglandoerbos van Europa. Een clubje fanatiekelingen riskeert lijf en leden om dat plan te dwarsbomen.
Beeld: Adam Guz
“Kijk, hier kan ik nu boos om worden”, zegt natuurbeschermer Adam Bohdan. Hij staat in de vroege ochtend langs de kant van de weg en bekijkt een open plek met gekapte bomen. De grote stammen zijn gevaarlijk omdat ze dreigen om te vallen, maar ook de jonge boompjes – die geen schade kunnen berokkenen – zijn neergehaald. Rupsbanden in de grond verraden een rücksichtslose operatie. “Het lijkt wel alsof de houthakkers het erom doen.”
Adam weet waarover hij praat. Hij werkt al jaren in het Bialowieza-woud, het laatste laaglandoerbos van Europa. De Pools-Wit-Russische grens loopt er dwars doorheen. Het woud herbergt veel zeldzame plant- en diersoorten. Sinds de Poolse regering de houtkap met een factor drie heeft vergroot, werkt Adam harder dan ooit. Hij vreest voor zijn geliefde bos. De regering wil namelijk alle bomen kappen waarin de letterzetter huist, een kleine kever.
Europese hofNatuurbeschermers zijn woedend. Ze denken dat de regering vooral uit is op geld. Ook academici twijfelen aan het verhaal van de regering, terwijl de Europese Commissie een inbreukprocedure startte die Polen voor het Europese Hof kan brengen. Andere instituten hebben dat voorbeeld gevolgd: UNESCO dreigde het woud, dat Werelderfgoed is, op de lijst van bedreigd Werelderfgoed te zetten en de Poolse ombudsman sleepte de regering voor de rechter.
Natuurbeschermer Adam Bohdan vindt gekapte bomen. Beeld: Adam Guz
Niets lijkt te helpen. Minister Jan Szyszko van Milieu heeft aan oppositie sowieso een broertje dood. Toen de Poolse Wetenschappelijke Raad voor Natuurbeleid commentaar had op zijn beleid, werd de voltallige raad ontslagen. Szyszko – van huis uit bosbouwer – lijkt stand te houden.
Waar instituties falen, is de hoop gevestigd op een klein groepje natuurliefhebbers. Iedere dag patrouilleert de stichting Wild Polen op zoek naar illegale houtkap. De vastberadenheid is opvallend, ook vanwege de tegenwerking van houthakkers. Vorig jaar werd Adam nog bedreigd toen hij een zeldzame korstmos had gevonden. Door die vondst mochten de houthakkers niet meer kappen. “Ze kwamen naar me toe en zeiden: als we je weer zien, ben je dood. Of ik bang was? Natuurlijk”, zegt Adam. Hij zucht. “Maar je weet ook dat je keihard nodig bent.”
StimulansVoor Adam en zijn medestanders is het activisme puur vrijwilligerswerk. Vanochtend is hij om half vier opgestaan. We vragen ons af waar die geestdrift vandaan komt. Dat wordt duidelijk in het hoofdkwartier van de stichting, een houten huisje.
Voor Adam en zijn medestanders is het activisme puur vrijwilligerswerk. Vanochtend is hij om half vier opgestaanAdam neem ons mee naar de werkkamer en wijst op een foto. We zien een man met indrukwekkende krullen: Janusz Korbel, de oprichter van Wild Polen. Hij overleed afgelopen jaar en schonk zijn huis aan de stichting. Vrijwel alles is intact gebleven. Er ligt een oude loep, een lantaarn en een bak vol cassettebandjes. De uitpuilende boekenkast getuigt van een intelligent man. “Zijn dood deed pijn”, zegt Adam. “Maar het is ook een stimulans. Wat hij heeft nagelaten, moeten wij voortzetten.”
Annexeren’s Middags bezoeken we eerst het Nationale Park, waar gelukkig niet gekapt gaat worden. Dit deel van het woud is al eeuwen onaangetast. Een gids brengt ons naar een drooggevallen rivier. Het is fabuleus. Op de grond groeien talloze paddenstoelen en zwammen. Ze zijn rood, wit, zwart en geel. Kikkers schieten voor je voeten weg. De zonnestralen bijten zich door het bladerdek en zorgen voor een sprookjesachtig geheel van dampende varens, bemoste bomen en ‘zwetende’ zwammen.
Beeld: Adam Guz
Ondertussen vertelt Adam ons een bizar verhaal. De houthakkers hebben zich verenigd in een organisatie die officieel ‘het beschermen van het bos’ tot doel heeft – maar wel ‘actief’. Oftewel: met houtkap. De voorzitter van die organisatie SANTA kwam in opspraak toen hij opperde dat “Rusland het Bialowieza-woud maar moest annexeren”. Het Poolse deel van het bos zou niet goed beschermd worden.
De houthakkers hebben zich verenigd in een organisatie die officieel ‘het beschermen van het bos’ tot doel heeft – maar wel ‘actief’. Oftewel: met houtkapSANTA wijst op de steun die natuurorganisaties Greenpeace en WNF kregen van de bankierfamilies Rockefeller en Rothchild. Die donateurs zouden duiden op een duistere agenda, dus hoopt SANTA op een ‘Krim-scenario’.
SANTA wijst op de steun die natuurorganisaties Greenpeace en WNF kregen van de bankierfamilies Rockefeller en Rothchild. Die zouden de natuurorganisaties gebruiken ten gunste van “vervuilende en genetisch gemodificeerd voedsel producerende” multinationals waarvan ze grootaandeelhouder zijn.
Volgens een Poolse kwaliteitskrant is SANTA erg close met minister Jan Szyszko. De groepering steunde Szyszko in de verkiezingen en kreeg in 2015 een bedrag van 25.000 euro van het Poolse Staatsbosbeheer, dat weer onder het ministerie valt. Adam Bohdan kan er niet om lachen. “Onze regering sponsort indirect zijn eigen annexatie.”
Digitale aangelegenheidNa het sprookjesachtige Nationale Park begint het echte werk: de patrouille. We lopen in het bos van Hajnówka, naast Bialowieza. Het is niet zonder gevaar: woedende houthakkers hebben een Poolse tv-ploeg al eens met geweld het bos uitgejaagd. Stiekem hopen we ook op wat tumult. Houthakkers, ronkende zaagmachines en een goede afloop. En we hopen op bizons.
Kasia Katarynis wijst de weg. Beeld: Adam Guz
Het begint anders dan gedacht. Om de tien meter staan we stil. Gebogen hoofden hangen over een tablet heen. “We zoeken 446B”, zegt Mariusz Duchewicz. Op het scherm is een digitale kaart te zien. Het bos is opgedeeld per boomsoort, en verdeeld in vlakken. Mariusz scrollt door de kaart. Adam is naar huis gegaan, dus is hij de leider van deze expeditie. “Ik kan alleen 446D vinden.”
Om de tien meter staan we stil. Gebogen hoofden hangen over een tablet heen. “We zoeken 446B”De eerste meters zijn surrealistisch. We hadden een pure natuurbeleving verwacht, maar het is een digitale aangelegenheid. Alleen muggen zorgen voor wat opwinding. Gelukkig is Jacek Barolniak erbij. Hij verbaast zich over iedere bloem en vertelt dolgraag over boomsoorten, over het klimaat, en over alles wat in hem opkomt. Door die verhalen loopt hij steevast achterop. Zo blijft het tempo laag, maar Jacek is een meerwaarde voor de groep.
Hoe verder we het bos in trekken, hoe dichter de begroeiing wordt. De groep wurmt zich door een takkendeken. “Sorry”, zegt Mariusz. “De toeristische paden hebben we al in kaart gebracht.” Ineens horen we geritsel. Mariusz schiet meteen het bos in, Kasia Katarynis gaat erachteraan. “Een bizon of een hert”, zegt ze. Mariusz is dan al bijna uit het zicht verdwenen. Kasia kan hem enigszins volgen, alle anderen zijn achterop geraakt. Helaas is de bizon – die gedachte houden we graag aan – ontsnapt. Mariusz puft uit en raadpleegt zijn tablet. “Hé, we zijn ineens heel dicht bij 446B.”
EikenEenmaal aangekomen in het juiste stukje bos, wordt de omgeving gescand. We zien geen gekapte bomen. De jonge beuken zijn op natuurlijke wijze opgekomen, want ze groeien niet in rijen. Mariusz en Lukasz tellen de boomsoorten. Ze zien beuken, dennen, sparren en – driewerf hoera – twee jonge eiken. “Die zijn het meest zeldzaam”, zegt Mariusz.
Ze zien beuken, dennen, sparren en – driewerf hoera – twee jonge eiken. “Die zijn het meest zeldzaam”De stichting brengt de vegetatie in kaart, want ze wil checken of de werkelijkheid correspondeert met de voorschriften van de overheid. “Sommige delen moeten bijvoorbeeld voor 80 procent uit eiken bestaan”, zegt Mariusz. “Dat klopt niet altijd. Soms vinden we alleen sparren. Die zijn een stuk lucratiever voor de houtproductie.”
Deze keer is Mariusz tevreden, want 446B is onaangetast en natuurlijk gevormd. Hij laat ‘stagiair’ Lukasz Tyrcha alles noteren op een vel papier. De inhoud verdwijnt later in een database. Die database is, net als de tablets, verkregen dankzij een uiterst succesvolle crowdfundingcampagne. “Veel mensen willen ons helpen, maar kunnen zelf niet komen”, legt Kasia uit. Nu zamelt Wild Polen geld in voor een auto, want sommige vrijwilligers leggen tot 70 kilometer per dag af op een mountainbike.
De tablets zijn verkregen dankzij een crowdfundingcampagne. Beeld: Adam Guz
Kasia werkt als accountant en is ook nog moeder. Mariusz zet een restaurant op in Warschau. “Maar als we even tijd hebben, komen we hier”, zegt Kasia. “Diep van binnen voel ik dat de natuur niet genoeg beschermd is.” Ze probeert haar vastberadenheid in woorden te vatten. “Het is iets spiritueels.” Haar jongere collega Dagara is vooral boos op de Poolse regering, maar geniet ook van het natuurschoon. “Ik heb nog nooit zo’n bos gezien”, zegt ze als we naar het hoofdkwartier terugkeren. “De zonsopkomst was prachtig.”
Formele routesWe nemen afscheid van de natuurbeschermers met pizza. Kasia bewijst haar spirituele overtuigingen als ze voor vegetarisch kiest. Na de pizza keren ondergetekenden naar huis met een goed gevoel: het woud wordt beschermd wordt door een mooi stel mensen. Ondertussen worden alle formele routes tergend langzaam belopen. Over de poging Polen voor het Europese Hof te krijgen wil een woordvoerder van de Europese Commissie alleen kwijt dat “de inbreukprocedure loopt”. Die procedures duren gemiddeld 32 maanden in Polen en de regering rekt tussentijdse deadlines maximaal op.
Wanneer de door de Ombudsman aangespannen rechtszaak voor de Poolse rechtbank gaat dienen, is volgens natuurbeschermers ook onduidelijk. De Poolse minister moet hiervoor de kritiek van de Ombudsman doorsturen naar de rechter: een formaliteit, maar aan die formaliteiten durft de regering wel te tornen. Daarnaast is ook het Constitutionele Hof nog eens verlamd omdat de premier weigert een uitspraak te publiceren in een regeringsmagazine. UNESCO geeft de regering een jaar de tijd om orde op zaken te stellen. In de tussentijd is de hoop gevestigd op Adam, Kasia en Mariusz.
Dit moet je weten over BialowiezaLocatieDe grens tussen Polen en Wit-Rusland is op de Jalta-conferentie (1945) dwars door het Bialowieza-woud vastgelegd. Veertig procent van het woud ligt aan Poolse zijde.
Oppervlakte: Vroeger had Centraal Europa een uitgestrekt laagland-oerbos. Nu is daar nog 15 duizend vierkante kilometer van over.
Fauna: In totaal hebben biologen 12 duizend diersoorten geteld. Er zijn wolven, wisenten, lynxen, elanden, edelherten, wilde zwijnen, slangen, kikkers, hagedissen, uilen, arenden en zeven spechtensoorten, waaronder de zeldzame drieteenspecht. De wisent is het symbool van dit woud. Wie vanuit het Westen met de auto het Bialowieza-woud nadert, ziet een banner boven de weg: ‘Welkom in het land der wisenten’.
FloraIn het woud komen meer dan 1200 plantensoorten voor, waaronder de Noorse aalbes, de bosanemoon, de voorjaarslathyrus en het donkersporig bosviooltje.
Beschermd: In Wit-Rusland is vrijwel het hele bos een beschermd Nationaal Park. In Polen is dat slechts eenzesde deel, terwijl in tweederde deel hout wordt gehakt. Het Bialowieza-woud staat op UNESCO’s Werelderfgoedlijst en maakt deel uit van het Europese netwerk Natura2000.
https://downtoearthmagazine.nl/de-galli ... andoerbos/