Verhalen van Ome Willem

Al uw reisverhalen, fotoverslagen die niets met Polen te maken hebben, maar die u wel graag wil delen, mogen hier geplaatst worden
admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » di dec 13, 2011 9:40 pm

Woensdag, zeven december.

Laat ik nu net wonen in de enige gemeente in Nederland die een heuse piramide rijk is, de piramide van Austerlitz, een naam die het kreeg enkele jaren nádat het in opdracht van de Franse veldheer Auguste de Marmont door eveneens franse soldaten werd gebouwd, Auguste de Marmont, hertog van Ragusa, die lange tijd een groot strateeg en een trouw dienaar van Napoleon is geweest.

Om mij heen was het, toen ik de kloostervensters weer open trok, naast donker, ook wit, spierwit, door de afgelopen nacht gevallen sneeuw, maar gelukkig was er van vallen geen sprake meer en ik vertrok de duistere nacht weer in. Niet lang na vertrek kwam ik langs de oude stad Brno, voorheen bekend als Brünn, de hoofdstad van Moravië -want de Bohemen had ik na Jihlava achter mij gelaten- waar zich vlak na de wereldoorlog een waar drama afspeelde, want zoals overal in Tsjechoslowakije werden alle minderheden (Duitsers, Hongaren)verdreven (zelfs de duits sprekende Joden die de concentratiekampen hadden overleefd!) wat heeft geleid tot nog eens een slordige twee miljoen -vergeten- doden.

In Brno kwam dit echter wel tot een héél gruwelijk exces, want in mum van tijd werden alle duitstaligen uit hun huizen gehaald en moesten direct lopend naar de ongeveer 50 kilometer verderop gelegen Oostenrijkse grens om daar te worden gedropt wat in één etmaal duizenden doden tot gevolg had.

Overigens had niemand minder dan Winston Churchill deze "verdrijvingen" goedgekeurd en zelfs aangemoedigd, want, zo zei hij: "Verdrijving is de methode die, zoals we hebben kunnen zien, het meest bevredigend en blijvend zal zijn. Er behoort geen vermenging van bevolkingen te zijn die eindeloos problemen veroorzaken," maar of hij ook deze methode op het oog had, waag ik toch wel te betwijfelen, maar duidelijk lijkt mij dat hij geen liefhebber was van een multi-culturele samenleving.

Na Brno kwam ik langs Brna, Slavkov u Brna, de plek waar, ruim een eeuw voor de gruwel van Brno, de zogenaamde driekeizerslag plaats vond, vlak naast Slavkov u Brna bij een dorpje dat toen nog Austerlitz heette en nadat deze slag door Napoleon werd gewonnen kreeg de piramide in mijn dorp van de Hertog van Ragusa als aandenken aan die gewonnen slag de naam Austerliz en ontstond er een dorpje met dezelfde naam en voor zover ik mij heug de enige plaatsnaam in Nederland die op een z eindigt.

Overigens, niet lang nadat de Hertog van Ragusa dit eerbetoon aan de keizer verleende, heeft deze veldheer Napoleon op naargeestige wijze in de steek gelaten wat weer tot gevolg heeft gehad dat sindsdien ragusé een frans woord voor verraden is.

Vanaf Brna kwam ik na een goed uur snorren aan op het losadres te Otrokovice, onder de rook van Zlin, dat, samen met Otrokovice, lange tijd onder invloed stond van ene Thomas Bata'a, een grootindustieel die hier een enorme schoenenindustrie tot ontwikkeling bracht en dit zelfs later over de hele wereld heeft geëxporteerd. Het Brabandse Batadorp herinnert hier aan en ouderen onder ons weten nog wel dat de Pressburg (Duits voor Bratislava) schoenen en de bata winkels de scapino's en schoenenreuzen van weleer waren.

Een tijd lang heeft Zlin nog Gotwaldov geheten, zo tussen 1948 en 1988, want de eerste communistische en naoorlogse president, Klement Gotwald, was zo ijdel was dat hij een stad naar zichzelf liet noemen, maar na de gordijnval kreeg het al snel zijn oude vertrouwde naam weer terug.

Het lossen ging overigens wonderwel erg snel en ook de retourlading die ik weghaalde twee dorpjes verderop, zat er lekker gauw in zodat ik rond twaalf uur weer met de grill de andere kant op stond en de terugreis aanvaardde.

Dat verliep niet geheel vlekkeloos, want enorme windstoten en sneeuwregens striemden de voorruit van het Dafje en ik kreeg welhaast een beetje medelijden met hem. Vervelend werd het toen het donker begon en het water met de sneeuwsoep op het glinsterende asfalt mij het gezicht ernstig belemmerde en ik naarstig tussen de strepen manoeuvreerde om maar niet een tegenligger of in de berm te raken.

Dat nu het voertuig thans ongeschonden hier, in Nepomuk, op de parkeerplek staat, houdt in dat dit ook deze keer weer is gelukt.

En ook het Dafje heeft mij deze keer niet ragusé, verraden.

Aldus schreef ome Willem.

P.S. Het hertogdom Ragusa was de stad Dubrovnic en omgeving, gelegen in het huidige Kroatië. Grappig is dat dit het allereerste land is geweest dat door de net ontstane Verenigde Staten van Noord Amerika werd erkent. De hertog heeft, voor hij in onmin geraakte met de keizer, zijn gebied vrijwillig geheel aan Napoleon afgestaan.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » di dec 13, 2011 9:42 pm

Donderdag, acht december.

Een oneindig uitgestrekt wolkendek keek, terwijl ik naar hartelust tussen Planá en Cheb over de West-Tsjechische heuvels toerde, met onuitstaanbaar sarcasme van boven op mij neer, in driedelig grijs, overleggende bij zichzelf waarop men mij deze keer eens zou tracteren, op regen, sneeuw misschien, of werd ik ontzien?

Het was ook erg spannend, toen ik vanaf Nepomuc over de doodstille smalle weg, nummer 230, via Přeštive naar Stříbo reed, want hevige windstoten deden de truck schudden en diverse keren kwamen met de valwind sneeuw en hagel mee, zodanig, dat ik er een hard hoofd in kreeg op een goede afloop. Maar na Planá hielden ze zich aardig koest zodat een grote arend zich weer in de lucht waagde, wiekend de vlakke velden over om te verdwijnen in de bergbossen net achter Mariánské Lázně.

Een ogenblik bleef ik hangen in de oude stad Cheb, de stad die vandaag ook onderhevig was aan harde windvlagen, maar niet lang daarna, helaas, weer verder. Helaas, omdat ik altijd zo lang mogelijk in dat land wil blijven, de cultuur, de taal en haar mensen, maar bovenal de imponerende eigen natuur, de bergen die echo van een lange geschiedenis herbergen en wie goed, héél goed luistert hoort die naklank ook, een eeuwenoude echo waar je stil onder wordt.

De overgang naar de Freistaat Bayern is dan ook altijd groot, een ware cultuurshock, want het ongeëffende, het ongerepte en het melancholieke, het idyllische, ja, het lyrische maakt plots plaats voor het overgecultiveerde, het weerbarstige, opgeruimde, geëffende en gerepte, ja, het nette waar bijna alle lyriek uit verdween, alsof een vlijtige huisvrouw een grote woonkamer van een jaren lang alleen wonende verstrooide professor, die er allerhande vreemde verzamelingen op na hield, in één morgen zonder zijn medeweten had opgeruimd.

De storm hield aan, het eindeloze wolkendek hield de dreiging bij zich, vermoedelijk omdat ik een tijd lang woest had teruggekeken en het leek alsof ze zich wat verongelijkt voelden, ze dropen, met regen en al, af, het oosten in. Het bleef droog, en het werd steeds ook minder koud en in Karlstadt was er zelfs een moment een bleke zon die de in de omgeving aanwezige wijngaarden van een vreemde schittering voorzag.

Rond zevenen kwam ik aan in Venlo waar ik in de oude grenskroeg nog even wat at en een praatje maakte, terwijl ik met een schuin oog de europroblemen op de kwelbuis voorbij zag schuiven Één of andere pigum, een journalist of zo, tracht aan de kijkers uit te leggen hoe erg het allemaal wel is en even later zat er ter ondervraging een belangrijke pief bij hem aan tafel.

Vermoedelijk iemand van de regering, in driedelig grijs, en meteen dacht ik weer terug aan die wolken van vanmorgen. Daar kwam uiteindelijk ook alleen maar dreiging uit.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » di dec 13, 2011 9:44 pm

Omringd door duisternis, droeve duisternis zelfs, vanmorgen vroeg even langs de nachtwaker die dan koffie voor mij heeft. Duisternis niet alleen om mij heen, ook mijn geest was vol van donkerheid. Onder de koffie keek ik naar buiten en vroeg aan de nachtwaker: "Wachter, wat is er van de nacht? Hoe lang nog?" Hij keek over zijn bril naar buiten en sprak "De morgenstond breekt aan en het is nog nacht!" en terwijl ik schrok realiseerde ik mij dat deze woorden in een eeuwenoud boek zijn opgetekend.

Zondagavond was ik nog bij hem, bij hem die ik al veertig jaar ken, maar nu was hij aangesloten op allerlei slangen en draden en ik vond het er zorgelijk uitzien.

En het werd dag, de nachtwaker kreeg gelijk, het was de duisternis wederom niet gelukt het licht definitief in zijn greep te krijgen. Sinds er licht is, is er tijd, waarin het licht zich kan verplaatsen en daardoor wint zij het altijd van de buitenste duisternis in welk geen enkele tijd waarneembaar is, geen tijd is, zoals het goede altijd het kwade overwint en alszo snorde ik de dag weer tegemoet.

Hij had dorst en vroeg om drinken en ik hielp hem met de beker met daarin een restje appelsap wat na enkele slokjes verlichting gaf en vlak daarna vroeg hij met welk voertuig ik was gekomen. Zo kon ik hem weer, altijd belangstelling voor onbelangrijke zaken, ik gaf hem antwoord.

Vandaag reed ik nauwelijks bewust en deed alles op routine, mijn geest was onrustig en dacht na, dacht na over vervlogen tijden. Immers, veertig jaar is een lange tijd.

De hartslag was onrustig, de zuster kwam langs en hij vroeg om drinken, méér drinken, maar in de ogen van de verpleegster zag ik een aandoenlijke schittering toen ze zei: "nee, dat kan nu echt niet".

Toen, tóen zette hij zijn bril af en lei die op het tafeltje waar ook de beker met het restje appelsap stond en met beide handen wreef hij zichzelf één keer zorgelijk van voor naar achteren over het hoofd, als een schaker die opeens inzag hoe hopeloos hij er voorstond en met de moed der wanhoop liet hij zijn hoofd in het blauwe ziekenhuiskussen zakken.

Naar het zuiden dit keer, en ik stoor mij aan de overdadige kerstverlichting want ik ben er niet voor in de stemming, en ik kwam tot net voor Auxerre. Ach, het doet er allemaal niet toe.

"Hoe lang nog?" vroeg hij mij, alsof ik een wachter was, "Hoe lang nog?" vroeg hij nog een keer. "Ga maar slapen, doe de ogen maar dicht" antwoordde ik "Het is nacht maar de dag komt!" en ik greep zijn hand, dezelfde hand die ik greep toen hij boven mij in het bovenste bed van de Volvo lag waar wij door rovers geblinddoekt in waren gelegd en ik hem toen moed in sprak.

Een tijd lang aaide ik de ruim tachtig jaar oude hand terwijl hij onrustig ademde, maar sliep en ik trachtte mijn eerste herinnering met hem voor de geest te halen, die eerste keer dat hij met mij als vader van mijn vriendinnetje met dat vriendinnetje en nog een paar anderen monopoly speelde, een spel dat hij bijna altijd won. En weer even, terwijl ik de duisternis in keek, mompelde ik de woorden van de oude boekrol Iasaia, maar nu anders; "Het is nacht maar daarin komt de dag!".

Lang nadat het bezoek uur was afgelopen pakte ik mijn jas en vertrok, na nog even een paar keer zijn wang te hebben gestreeld.

Het licht breekt door in duisternis en ik weet dat hij daar heilig op vertrouwd en wie ben ik dan om dat in twijfel trekken. Ik peins er niet over!

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » do dec 15, 2011 7:33 pm

Hij hield van het leven, van zang, van mensen om hem heen, van de warme zon, van flamingo en sangria en is daarom vaak geweest, dáár, waar ik vanmorgen in alle vroegte ook aankwam, Spanje, de costa's, tortilla's.

Nee, ver hoefde ik niet, Figueres, de stad waar begin 1900 de surrealistische schilder Salvador Dali het levenslicht zag, en dat was het, maar net genoeg om in een paar uur die bruisende sfeer te voelen, zeker omdat de zon scheen en de 16 graden werd aangetikt.

Vreemd, surrealistisch eigenlijk, die eerste volle dag in een wereld zonder hem en ik wilde het tegen de mensen die ik tegenkwam, in de winkels, op het tankstation, bij het laadadres, vertellen, maar niemand, helemaal niemand toonde enige interesse. De wereld tolt, vermetel als zij is, toch wel verder zonder hem, zonder hem die gisteren overleed.

Rond twaalven verliet ik Spanje weer en kwam twee uur later aan te Carcassonne, een stad die ik, toevallig of niet, juist veertig jaar geleden voor het eerst aandeed; ik kon hem nog maar net.

Na Carcassonne terug, via Homps naar Beziers, dwars door de Corbiëres, in de avondschemering, de open lucht weer tegemoet, want op weg naar Carcassonne vond ik regenwolken boven mijn weg.

Maar hier, in Bèziers, is de oosthemel goed zichtbaar, de voerman, de tweeling en, zie ik het goed, net naast de orion, de stier, of raak ik in de war door een heldere jupiter?

Wat toch, in deze winternacht, dreigend onheil, droeve tijding, maar het is schijn, duistere schijn. De maan komt op waardoor de tweeling wat verbleekt en ook opkomende nevel ontneemt de waarneming. Zie ik daar niet de zes flauwe sterren van de giraffe of horen die bij de Lynx? Zo goed weet ik het ook weer niet.

Daar hoor ik plots weer de klank, die klank, het overweldigende geluid van de eeuwigheid, luid, met stilte door de sterren gezongen, de drie klaroenstoten van de eeuwigheid, door Mozart zo voortreffelijk neergezet, precies in het midden van zijn ouverture in De Toverfluit. Daar, achter de sterren, "müss ein Liebes Vater wohnen", laat Beethoven in zijn "negende" het lied van Schiller zingen.

De wind zet op en terwijl ik in het oosten de sterren langzaam zie verdwijnen valt de regen reeds tikkend op het stuurhuis, alsof kwade, boze en ongure lieden de elementen misbruiken omdat ze, jaloers als ze zijn, wraak willen nemen omdat hen weer iemand is ontglipt.

Ik lijk opeens in een bommelverhaal beland. Surrealistisch is het in ieder geval.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 16, 2011 7:58 pm

Dinsdag, 13 december 2011 (N.C.).

Vanuit het donker togen vanmorgen alle trucks vanuit de truckstop in windrichtingen uiteen, ik, één van hen, ook, verder naar het zuiden, een nieuwe dag, de zoveelste dag, tegemoet. Om kwart over zeven, het was nog donker genoeg, vertrok ook hij een richting op, een andere, totaal andere, waarbij het tijdelijke voor het eeuwige werd verwisseld, gaf de geest terug aan Wie hem gaf en ging zo een andere dag, de jongste dag, tegemoet.
Nevers, Moulins, Clermont-Ferrand en vandaar tussen de bergen van het Centraal Massief door. Links, richting Aurillac, waren de bergruggen reeds voorzien van een sneeuwlaag, rechts de lange, lange bergrug van de Lozère, er liggend als een reusachtig dier, een gezagsvolle walrus, een loerende leeuw of zo, een zwijgende getuige van vele, vele eeuwen.

Luister naar de bergen, en ze vertellen je de meest opwindende verhalen, want ze hebben in de loop der tijden veel gezien, gehoord en je kúnt de verhalen horen door goed op te letten, bergen die huilen, bergen die druipen van bloed, die getuigen van onrecht, die de elementen weerstonden en bergen die jubelen, bergen die als honden waken, bergen ook, die de vrede torsen.

Met leven is het net als met woorden. Ach wij, wee wij, simpele zielen, die alleen de voorkant er van zien, want niemand, niemand zag ooit de achterkant van een woord, van het woord, ja, van het Woord bij uitstek, en wat blijft is hooguit een vermoeden, een duiden, een stamelend geloven, zoals elke "dark site" aan ons oog onttrokken blijft, zelfs al is die van de maan!

Door naar Mende en vandaar over twee imposante cols naar Ales, een kronkelige bergweg van ruim honderd kilometer met paradijselijke natuur en in deze tijd van het jaar met een intense kleurenpracht die het midden houdt van sprookjes- en spookachtig, veroorzaakt door de vele bladloze loofbomen.

Woord en leven hangen ten nauwste samen want zonder woord geen leven en geen leven zonder woord. In Nimes aangekomen denk ik aan hem bij wie ik zondagavond nog naast het ziekbed, dat zijn sterfbed werd, stond, die ik troostend met woorden toesprak, wiens ouden, levende hand ik vast hield en die vandaag onze dageraad niet meer heeft gezien, maar zich daar, aan de gene van dit leven, bevindt, voorbij goed en kwaad, ja, zelfs voorbij licht en duisternis, en waar niemand zal zeggen; "Ik ben ziek".

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » ma dec 19, 2011 8:54 pm

Afbeelding

Vrijdag de laatste kilometers, over bekende wegen. Een stormwind woei over de Franse vlakten en trachtte de oplegger om te blazen, enorme regens, een trieste, donkere tijd tegemoet, maar hoe zou ik bij pakken neer gaan zitten?

Na de verkeersrust van Noord-Frankrijk volgde Brussel waar het verkeer natuurlijk muurvast stond, en niet alleen daar, maar tot voorbij Breda aan toe: twee uur afstand waar je dan meer dan vijf uur over doet, met overtredingen als gevolg, maar daar leer je wel mee leven.

De andere dag het voertuig naar Amsterdam weggebracht, omdat ik maandag niet vertrek, maar wij de dinsdag overledene de laatste eer bewijzen. Op de terugweg met de trein kruisen twee, drie reizigers mijn leven, twee, gekleed in degelijke kledij, één zelfs met een jopperse jas, beide nog, zoals het eigenlijk hoort, met een hoofddeksel, ze pasten zich niet aan hetgeen de mode tracht op te dringen.

Tegenover mij een aardige dame met grappige zwarte krulletjes, en gevieren raken we tijdens het reizen in gesprek, lachen om de zinloze mededeling van de omroepster die "u bent ingestapt op Station Amsterdam Centraal" roept, alsof wij dat zelf niet weten.

Tot Amersfoort, daar stap ik uit terwijl de anderen verder reizen. Lopend door de stationshal mijmer ik verder, de ontmoeting, het leven.

De mens als reiziger, treinreiziger, en ooit is daar dat eindpunt waarbij de één de ander moet laten gaan.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 23, 2011 6:11 am

Afgelopen avond begon het, het feest van de lichtjes, Chanoeka, dat zijn oorsprong vindt een kleine twee eeuwen voor onze jaartelling toen Jehuda Maccabi, in het Grieks Judas de Makkabeër, met zijn leger de overwinning behaalde op de Griekse bezetter van Jeruzalem en dus ook de tempel weer in Joodse handen kwam, de tempel, waar een grote Menora, dat is, een grote negenarmige kandelaar, stond en die voor verlichting moest zorgen door op elke arm olie te laten branden.

Echter was er na lang zoeken slechts één kruikje olie te vinden, net genoeg voor verlichting voor één nacht, maar het wonder vertelt dat het kruikje elke morgen weer vol bleek te zijn, weer genoeg voor één dag en zo geschiedde dit steeds weer, acht dagen lang. Merkwaardige samenloop. Vandaag is het de derde dag dat de grootvader van mijn kinderen drie dagen is begraven, neergedaald in het rijk van de dood, zijn lichaam uitgezaaid op de dodenakker, ten ruste gelegd. Voor hoe lang? Voor altijd?

Bij het neerdalen blies één van de kleinkinderen een bazuin, een bazuin vol overwinningsklanken en dat gaf een onverklaarbaar verlangen en geloof in de toekomst. Tijd voor bezinning, zeker zo te middennacht.

De dood als natuurverschijnsel? Wie heeft er dan nog geloof in de toekomst? Een onheilspellend gevoel beklemt mij en alles in mij weerhoud mij, mag niet, want dat zou het meest onrechtvaardige zijn. Immers: het bestaan dient te worden gerechtvaardigd –maar hoe?- en geweten, gevoel, liefde, blijdschap, mooi, lelijk, een regenboog en verdriet passen niet in dat natuurlijke natuurbeeld. Weg er mee dan, want het maakt het waardeloos!

De dood als weegschaal? Een eeuwige, De Eeuwige wellicht, Allah, die de daden goed en kwaad weegt op een weegschaal en daar zo zijn conclusies aan verbindt? Het lijkt tenminste nog ergens op. De dood dan maar als straf, de straf van God, als venijnige represaille op het doen van enig kwaad die elk mens doet, ik voel dat ik dichterbij kom, want kwaad doet immers elk mens, niet één uitgezonderd. Staf op zonde dus, de zonde, levensdoel missen, want zonde is immers doel missen. Toch klopt ook dat weer niet, want niemand vroeg om leven, maar als men het eenmaal heeft, wil men het ook weer niet zomaar kwijt. Doodzonde dan zo’n zondedood. De nachtelijke overpeinzing, de nachtelijke duisternis, ik huiver en ik speur in een moment de hemel af en zie Mars bij Regulus in de Leeuw staan en daarvóór, ze komt net op, Saturnus bij de Virgin, verder duizenden twinkelingen, een waar lichtfeest, eenzelfde feest dat ooit wijzen zagen en waaruit zij toen een ongedachte schat opdolven. Duizelingwekkende gedachten, een visioen, achtergedachten kraken en fluisteren de uitweg, het is bijna vier uur, kippevel.

Een eeuwige, de Eeuwige wellicht, Eeuwig wéllicht, wie zal het zeggen? Toch hoop voor een hopeloze toestand? Geboorte, een leven, lijden, sterven, neerdalen in de dodenakker, schijnbaar einde bij bazuinklanken, lichtfeest, op weg naar de nieuwe geboorte, een kind, verborgen in doeken, tijdens Chanoeka. Na Jehuda Maccabi, Jehuda BeitLechem! Eureka, het lijkt gevonden. De weegschaal, de straf en de kandelaar, ze komen op het kruispunt samen. Het leven dan de dood, geen uittocht, maar doortocht. Het bestaan door de Rechtvaardiger gerechtvaardigd!

Lichtflitsen in de barre winternacht.

Aldus schreef ome Willem.

kees
Berichten: 536
Lid geworden op: ma nov 21, 2011 5:57 pm

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door kees » zo dec 25, 2011 8:23 am

Het is van alle tijden dat filosofen nederig werk doen voor de kost. Ome Willem doed mij aan Spinoza denken, die was opticien om het dagelijks brood te verdienen.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 30, 2011 7:47 pm

T' zit toch even anders dan ik dacht, maar door het vorsen in en uitdiepen van tot nog toe onaangeroerde achtergedachten kom je opeens tot verbazingwekkende ontdekkingen.

Het was stil, vanmorgen, tot aan Maastricht kwam ik één enkele vrachtwagen tegen, een veewagen, en op de Peelroute, tussen Zeeland en Kessel, geen enkel rijdend voertuig; alles in diepe rust.

Het zijn woorden waarvan ik meende dat we alleen de voorkant zien -of horen-, maar dat blijkt toch niet juist, integendeel, niemand zag ooit de voorkant van een woord, het Woord of woorden.

Verviers, de Ardennen, Sankt-Vith, en daarna Luxemburg en de hele morgen lag verhuld onder een onmetelijke motregendeken waar geen einde aan leek te komen, totdat ik bij Metz aan de verre einder een opklaring meende te zien. De achterkant, wij zien alleen de achterkant van woorden, maar nooit de voorkant en juist daardoor houden woorden hun verhulling in stand en dit geldt natuurlijk voor het geschreven woord, maar ook, en nog veel meer, voor het gesproken woord: wij horen alleen het kloppen aan de achterkant!

Even voor Epinal brak de zon door en schitterende zonnestralen deed de omgeving opkleuren, vooral toen ik de weg via Plombières over Conflans naar Vesoul reed waar frisse groene weiden omrand door wat sneeuwresten een heerlijke ontspannen rust uitstraalden.

Tussen twee woorden hoort een spatie, of het woord nu gegeten, gesproken of geschreven is, maar helaas, niet iedereen houdt zich aan dit stilzwijgende voorschrift, maar die tussenruimten zijn cruciaal.

Op weg naar Besancon neemt het duister langzaam maar zeker het daglicht weg terwijl de zon traag achter de heuvels verdwijnt, maar niet voordat de laatste stralen mij toeroepen in roodgekleurd vermiljoen alsof het licht mij boodschapt dat de nacht niet van lange duur is, en ach, ik wéét dat ook wel, maar het is altijd bemoedigend alvast een belofte te ontvangen.

Tussen woorden staat het zwijgen, de taal der eeuwigheid, sterrentaal, de geur en kleur, of het nu geschreven of gesproken werd en daarom is het dat woorden oren zalven met zoet, of integendeel, pijn doen, bijtende woorden, vooral als ze worden toegesnauwd. Voorwoorden, nawoorden, weerwoorden en al dies meer, ze verschillen allen van smaak, klank en kleur, al na gelang de inhoud, maar altijd verhult, zonder zicht op de voorzijde waar de mystiek huist.

In het duister Arbois voorbij en daarna dwars door Lons le Saunier en niet veel later, even voor Bourg en Bresse, vond ik zowaar een niet gesloten knaagschuur, want de meesten zijn tussen kerst en oudjaar gesloten.

Direct! Wij zouden direct verblind raken indien een woord, ja, het Woord en de woorden, zich zouden omdraaien en zich in vol ornaat aan ons zou vertonen, willekeurig welk woord, en het zal ons niet alleen verblinden, het zal ons meteen verpletteren! Omdat er vandaag alleen cochon is, vraag ik of ze een kaasomelet willen maken hetgeen men bereidwillig voor mij bereid terwijl ik intussen de omgeving bestudeer; een plafond met lange houtbruine balken en daartussen geelgeverfde platen, een kersmanpop op een schommel, hangende onder aan de televisiearm, de wanden van kurk en aan die bij de toog zijn met punaises een hele rits kerstkaarten geprikt.

Woorden, devoot, de voorkant verhult door de achterkant, zo kunnen wij het aan, het leven aan, kunnen we elkaar verstaan, woorden, verborgen helderheid. Achter de bar staat een mevrouw, vermoedelijk de vrouw van de eigenaar en ze ratelt aan één stuk door en natuurlijk ook nog in het Frans. Ondanks dat ik goed luister neem in geen enkele tussenruimte waar, geen enkele keer een rustpunt tussen twee woorden. Ach: u kent het wel. Immers, iedereen heeft wel één of andere rateltante in zijn familie die zosnelenlangdurigzwetstdatergeenrustpunttussendewoordenblijkentezitten en wie dit nauwgezet gadeslaat zal ontdekken dat zo iemand alle devotie aan het gesprokene heeft ontnomen.

Ook het gesproken woord behoeft, wil het goed smaken, een spatie.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 30, 2011 7:50 pm

“Tijdens het kerstreces zullen we de strijdbijl enkele weken laten rusten”, hoorde ik de politicus zeggen, “dat gebeurt zeker om die bijl te laten slijpen om straks nóg feller te kunnen hakken”, dacht ik meteen.

Het komt steeds meer naar buiten, de Europese slavernij op de vrachtwagens, de uitbuiting door de toch al veel te veel hebbenden, een grimmig spookbeeld komt in zwartwit voor de ogen, hoe kan dit, heeft men het nu nog niet geleerd?

Leven en dood, geluk en ongeluk, vrede en oorlog, eeuwigheid en tijd, rijk en arm, licht en donker en goed en kwaad zijn, bijna algebraïsch, met elkaar verweven zodanig, dat er velerlei dwarsverbanden te herkennen zijn, maar dan moet men wel de moeite nemen om af te dalen naar de diepere, soms stoffige, kelders van de eigen gedachten, maar helaas, muzikale pop, heroïne voor de menselijke geest, heeft maar al te vaak deze kelders ontoegankelijk gemaakt.

Wie zal nog een poging durven? Nog geen drie euro per uur, verdienen ze, de uitgebuitene in het vrachtverkeer, en ze vervoeren de containers met fair trade producten uit Afrika, die producten waar u meer voor wilde betalen, weet u nog wel, zoals er in de loop der tijden van het kerstfeest een karikatuur werd gemaakt, het feest rond de geboorte van een rebbe, de Rabbie, de Leermeester uit, in de volksmond Nazareth, maar eigenlijk uit Beit lechem, maar niemand die dat meer wist.

Het kon ook niet, vond men, want ene Herodes had immers alle kleine kinderen van dit laatstgenoemde stadje laten uitmoorden, dus kon deze rebbe nooit uit dat stadje komen, maar toch; insiders wisten wel beter, zoals insiders ook wel weten dat het ontwijfelbaar geloof in de Euromammon op luchtkastelen werd gebouwd.

We lenen immers van de toekomst, maar het geloof in de Euro heeft zo wel zijn duizenden verslagen; onze nieuwe God!

De dwaze gedachten, ik hoorde ze deze week om mij heen, het dzjingobelgehalte deed weer zijn verdovende werk, vrede op aarde en zo, maar het blijkt weer een groot misverstand, de grootste misvatting aller tijden te zijn, want hoor de woorden van de Rabbie: “Meen niet dat ik gekomen ben om vrede te brengen, ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard ”, maar ja, dát kunnen we op deze dagen van “Oh dennenboom” natuurlijk niet aanhoren, alsof het een snerpende valse noot betreft die pijn doet in de oren.

Oei! Verwarring alom, want het verhaal is toch dat er engelen waren die “vrede op aarde” proclameerden? Het zwart-witte spookbeeld doemt weer op, het beeld dat ik zag uit een verleden toen ik nog niet in de tijd was, maar wel was.

Zoals immers iedereen er was, voor de tijd, en er blijft, na de tijd, altijd, in de tijd, op weg naar de nimmer eindigende, en komende van de nooit begonnen, eeuwigheid, het duizelt. “Wij werden vóór ons komen niet gemist, na ons vertrek zal het niet anders wezen”, dichtte een slordige duizend jaar geleden Omar Khayyam, maar J. Hoogenboom zette dat recht toen hij schreef: “Ik miste je allang vóór die tijd, en daarna, nu, nog oneindig veel meer”. Een Zaddik, Rechtvaardige, Rechtvaardiger, wordt geboren en meteen staat het onrecht op om daar een eind aan te maken.

Het licht breekt door het duister heen terwijl het donker op de loer ligt om aan dit verkwikkende licht het licht te ontnemen, de armoede en het ongeluk pogen het geluk en de welstand met alle middelen te overmeesteren, zoals de dood het leven tracht op te eisen; Herodes, de moordernaar. Bulgaren, Roemenen, Kosovaren en anderen staan op deze dagen langs snelwegen, stil, in armoede, vaak in uitzichtloze toestand, familie ver weg, hun ongeluk is voelbaar, soms peilloos diep, maar de uitbuiters lachen. Wodka versus cognac.

Wie heeft het laatste woord? Ik staar naar buiten, de wolkenloze hemel af, ik luister, en hoor een zwijgen. De aarde is in de tijd oud geworden en vertoont steeds meer gebreken, zoals een steeds ouder wordend mens, de oppervlakte steeds meer rumoer, herrie, en hoe luider, hoe stiller daarbuiten, want stilte is de spraak van de Eeuwige eeuwigheid. Lawaai in de tijd betekend diepe, serene stilte daarbuiten en daarbinnen, maar afgezonderd van de tijdelijke tijd, de Eeuwige in doeken gewikkeld, dus verborgen, onherkenbaar, snel, verder onder een pseudoniem, en de wereld draait door.

De meeste bomen zijn kaal en de vorst moet nog komen, maar is het dan een Vorst van geen betekenis? Afgebroken leven, afgebroken tijd, afgebroken geluk, of toch niet? De zwartwitfilm doemt weer op, het getto van Warschau en het moet aan de begintijd zijn geweest, toen deze onmogelijkheid nog mogelijk was. Een vreselijk rijk echtpaar doet zich in het getto-restaurant te goed aan een veel te overvloedige maaltijd terwijl rondom het etablissement broodmagere uitgemergelde volksgenoten rond hangen. Opeens schiet één van de hongerigen naar voren, grist snel wat van de bord van de vrouw af en stuift weg, intussen wanhopig etend van het gestolen goed en achterna gezeten door het inmiddels roodwoedende echtpaar en ik zie het, opeens, voor mij, vóór mijn tijd.

Goed en kwaad, een strijd is gaande en we zien de wiskundige verbanden, althans, ik zie ze, soms plotseling, soms een ogenblik, alsof ik de inhoud van een driedimensionale kaart zie, plotseling de oplossing in een netelige schaakstand ontwaar, hoe de rijkdom de armoede overwint, het geluk het ongeluk, het leven de dood en hoe licht steeds de duisternis het donker injaagt, achter het “is”-teken de uitkomst. Strijd van het goede tegen het kwade en ik hoor de woorden; “Overwin het kwade door het goede”. Het geproclameerde “Vrede op aarde” is een oorlogsverklaring! 25 december. Oorlogsfeest!

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 30, 2011 7:52 pm

Een groot, opvallend hemellichaam hing bij het vallen van de avond aan de maansikkel en ik kon hem niet thuisbrengen, maar als spoedig verdwenen beiden achter de horizon en wat overbleef was een prachtige fascinerende sterrenhemel terwijl een onbestemd gevoel mij leek te vertellen dat ik dáár, ooit, in een voortijdse tijd, tussen die hemellichamen vertoefde.

Het licht had woord gehouden, vanmorgen, al duurde het nog tot half acht, maar toen begon het krieken, maar niet in zijn volle omvang, want de eerste paar uur verbleef ik opnieuw onder een grijs wolkendek, tot Montelimar, waar ik onder het dek uit kon kruipen.

De snelweg had ik toen al een tijd verlaten en uit de CD-speler klonken de klanken van Zaïda, klonk het: "Lasst uns singen, lasst uns lachenKann man's doch nicht anders machen Fahrernot ist einerlei,Keiner bleibt von Plagen frei" waardoor deze tekst van Emanuel Schikaneder wel weer een heel actueel accent kreeg.

Tot aan Nimes bleef ik de route national trouw, waarna ik mij om een uur of één bij de klant aankwam, maar het duurde tot dik na vijfen voordat ik gelost was en met een afgetekende vrachtbrief kon vertrekken.

Vertrekken naar een laadadres te Saint-Chinian, in het berglandschap achter Beziers waarbij je door enkele nogal krapbestrate dorpjes moet zien heen te wurmen, iets, wat dit beroep wel zo leuk maakt. Vlak bij het laadadres ligt het ministadje Roquebrun, een stadje waar bekenden wonen en ik besluit ze op te zoeken en ik rij de kronkelweg verder af, een route die boordevol zit met heimwee, met herinnering. Na de laatste klim in het stikkedonker ontwaar ik vanaf de opgereden bergtop de fonkellichten van het lager gelegen stadje met daarboven die magnifieke sterrenpracht. Het onbestemde is er weer, maar nu vanwege het geheimzinnige stadje waar ik al ruim een decennia kom en waar ik al van alles, vaak zeer kort, beleefde.

Het bezoek was kort, maar hevig en als altijd, goede wijn en gezellige discussie met op de achtergrond muziek van vóór Wagner, dus wat wil een mens nog meer.

Ver na elven loop ik onder de sterren door en met een fles zuivere wijn in de hand weer terug naar de stuurhut en kruip snel in mijn foudraal terwijl de kachel warmte snort, want buiten is het rond het vriespunt.

En weer dat ongrijpbare, dat onbestemde, maar nu niet naar een terug, naar een toen, integendeel. Hoe vaak zal ik hier nog komen? En in hoeveel tijd! Één? Drie? Vijf jaren?, ik deins terug, want denken over een natijdse tijd is niet zonder risico.

Onbekend maakt immers ook een beetje onbemind.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » vr dec 30, 2011 7:54 pm

Geen enkel geluid is te horen, het is weer zo'n vreemde winternacht, mystiek bijna als oude tijden herleven. Stil was het ook bij de cave in Saint-Chinian waar ik de sfeer van vergangen jaren proefde, van jaren met betrekkelijke stilte, zonder voortrazend verkeer, maar met zo hier en daar een voertuig, alsof ik een korte trip maakte met de tijdmachine van Professor Barrabas.

Zoiets ontstaat doordat een meerderheid der West-Europese mensheid deze week het werk heeft neergelegd, vreemd eigenlijk, dat neerleggen en dan opeens die sfeervolle verandering.

Vreemd dat dan zo'n bijna onwezenlijk droomland ontstaat en zo reed ik het stadje weer uit, de bergen in en vanuit de hoogte oogde ik nog eenmaal over het slapende dorpje, dat in de diepte lag, en snorde over verlaten wegen naar Saint-Felix, een volgend laadadres.

Uit de luidsprekers liet ik weemoedige klanken komen, Ascanio in Alba en het klonk passend bij het stille winterweer zo op het eindejaar en daarmee kreeg alles wat dromerig verheffends, hier, waar de eeuwenoude via Domitia loopt, de weg tussen Perpignan, via Gap naar Briancon, aangelegd nog voor onze jaartelling.

De laatste week is alweer halverwege en inmiddels zijn er enkele jaarcijfers zo goed als zeker alweer vastgesteld, de overnachtingen bijvoorbeeld, dat worden er dit jaar 160 buiten Nederland waarvan één overnachting op de Oostzee, in Slovenië, Zweden en Denemarken, drie in Luxemburg, vier in Spanje, vijf in Oostenrijk en België (komende nacht in laatstgenoemde de laatste), tien in Polen, Zwitserland en Tsjechië, vijftien in Italië, 25 in Duitsland en 69 in Frankrijk.

Na Saint-Felix volgden nog twee adressen onder het wakend oog van de Mont-Ventoux, de oude, statige dame die goed te zien was want de dag vergleed in schitterend winterzonneweer, soms lastig als ze bij herhaling door haar lage stand het gezicht verblind, maar verder bijzonder aangenaam.

Sorgues, even boven Avignon, en Vacqueyras waren de laatste twee adressen, en daarna, eveneens door de winterzonnestand, over wegen met schaduwen, lange schaduwen die je hier niet gewend bent, terug, via Bollène naar Montélimar waar ik een collega ontmoette die de komende morgen in de nogastad nog een complete vracht moet lossen en we verpoosden een uurtje samen, maar doordat ik nog ruim in de rij-tijd zat, moest ik nog een paar uur verder en zo kwam ik uit in Tournus waar ik deze nacht doorbreng.

Morgen wederom een dag genieten in een land waar de sfeer van oude jaren herleeft, het Frankrijk wat weer een beetje Frans voelt, zonder haast en zonder stress, zoiets ervaar je alleen nog in een laatste week van het jaar als bijna niemand meer meedoet.

Alleen aan de vele rotonden, drempels en andere dictatoriale straathindernissen zal ik weten, dat ik droom.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » zo jan 01, 2012 7:10 am

In Puurs, tussen Brussel en Antwerpen, aan de oude snelweg die langs Boom loopt, was mij laatste losplek dit jaar, waarna ik met de neus van de truck richting huis vertrok.

Een vuurpijl spuit de hemel in, het knallen vervult de middag en een walm van oliebollenlucht vult de winkelstraten, zo aan het einde, op de laatste dag van 2011, het oude jaar wat recentelijk nog nieuw was.

Goede voornemens worden wederom, ten zoveelste malen, gesmeed, goede voornemens om daarmee het nieuwe jaar 2012 in te gaan, maar wat mij intrigeert is het getal waarmee we eigenlijk de verkeerde kant optellen, het getal dat nooit begonnen is bij het cijfer één, zijnde een eerste jaar van “iets” en zo ook onze jaartelling die zijn herkomst heeft doordat een nogal onbekend gebleven monnik, in meen Dionisus geheten, rond 500 bedacht dat het toen het jaar 500 was en op dit getal kwam door terug te rekenen tot het geboortejaar van Jeshua van Nazareth, enigszins verwarrend, omdat deze jaartelling gelijke tred bleek te hebben met de Juliaanse kalender van de Romeinen.

Het getal is daarna nog één keer, door paus Gregorius de zoveelste, rond 1580, gerepareerd met de instelling van correcte schrikkeljaren en van die tijd af heet onze telling de Gregoriaanse jaartelling. (Hoewel, deze reparatie is in Rusland na de oktoberrevolutie van 1917 pas erkent!).

Onderweg, een laatste keer dit jaar, nog even halt gehouden bij een degelijke chauffeursstop te Hank, Napoleon genaamd, waar nog een laatste vier, vijf collega’s zaten en ik dronk koffie met een vulkoek erbij.

En toen had ik nog een klein restant kilometers in 2011 voor de grill.

Eigenlijk is het optellen van de jaren fundamenteel niet in orde, niet juist, omdat op deze wijze het getal meer en meer wordt, steeds meer cijfers in het getal, tot het oneindige en juist dat laatste, dat “tot” is naar het oneindige toe onmogelijk, onbestaanbaar. Daarbij moet nog opgemerkt worden dat oude volken kalenders kenden, maar eigenlijk nooit belang hechtten aan de jaartelling. Dat begon pas rond 500 toen men ook voor het eerst cijfers begon te gebruiken, cijfers, die voor die tijd niet bekend, en later lange tijd niet echt populair, waren. Vandaar dat men, wars van cijfers, lange tijd Romeinse letters als cijfers in getallen bleef gebruiken, soms tot de vorige eeuw aan toe.

Vroeg in de middag de tank nog even gevuld met knalsap om zo het nieuwe jaar in te rijden en wederom een grote menigte van pakjes van allerhande soort te gaan voorzien en wie weet hoeveel artikelen er in uw huis staan die het DAFje met zijn ruiter reeds voor u heeft verplaatst!

Probleem met cijfers lig hierin, dat niemand weet hoelang het getal door blijft lopen, want de wetenschap blijkt niet in staat dit oneindige, onbestaanbare eindgetal uit haar kennis te distilleren waarmee maar weer mooi het tekort van wetenschap wordt aangetoond, want stel, dat over 100 jaar het laatste jaar zou wezen, zouden we nu vanaf honderd beter kunnen gaan terugtellen, aftellen, 99, 98, 97 enzovoorts, tot het laatste jaar, het jaar één, , het laatste cijfer, bereikt is en wie weet, is dat laatste jaar wel 2012, het laatste jaar en dat daarna de tijd ophoudt te bestaan om nimmer meer weer te keren.

Rest mij nog de laatste cijfers, 143.854, de dit jaar afgelegde kilometers waardoor het totaal uitkomt op 918.631.

Nog even, en ik ben weer miljonair.

D.V., Daf Volente.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » di jan 03, 2012 6:44 pm

Spiegelend asfalt onder de straatverlichting, gietregen en windvlagen, onstuimig weer, weer dat ik waardeer, weer dat op mij lijkt, maandag, op weg naar Oldenzaal waar ik in donker aan kwam, de eerste pakjes dit jaar het voertuig verlieten, dozen die ik vorig jaar uit Frankrijk meebracht.

Nog steeds in 't donker het ongezellige industrieterrein af, op weg naar het meest fantasieloze oord dat Nederland kent, het industriepark van Zeewolde, want bij het zien van dit terrein vraagt menigeen zich toch wel af: "is dít het nou waarom het hier moest worden drooggelegd", of zou ik de enige wezen?

Op weg naar Amsterdam luisterde ik naar de radio waar onze oud-president W. Kok de huidige politici slappe knieën verweet omdat ze niet daadkrachtig optreden inzake de crisis rondom euromunt, de munt die tijdens zijn bewind werd ingevoerd.

Inmiddels ontving ik bericht om een zending op te halen in Schagen en toen dat was opgehaald in Amsterdam de kar verder vol geladen met bestemming Frankrijk.

Zo op de tweede januari dit jaar vertelde de voormalige president dat hij tien jaar geleden hardere afspraken had gewild, maar, zo zei hij, daar bleek toen geen politiek draagvlak voor te zijn geweest en toen ik dat hoorde zette ik maar meteen even een CD-tje op.

Vanaf Schagen brak de zon regelmatig door de verwilderde wolken heen, een regenboog, terwijl Allazim zong "Sehet dort in sanften Wogen,Wie der bunte Regenbogeneuch als Friedensboten lacht"

Een ander slappe knieën verwijten terwijl je zelf zonder harde afspraken vanwege onvoldoende politiek draagvlak de euroramp hebt ingevoerd, sommige mensen danken een goed geweten aan een slecht selectief geheugen.

Die eerste week, geen file, zelfs betrekkelijk rustig in de spits toen ik vanaf Amsterdam richting Maastricht vertrok, de twee steden waaruit twee verdragen kwamen die een cruciale rol eurorol speelden, het werd alweer donker, een halve maan, daaronder een helder hemellichaam dat later in de Vissen bleek te staan, saturnus, in haar kielzog mars die, naarmate het donker en wolkenlozer werd, goed was te zien, terwijl Zaïda "Aber seht dort in der Ferne,blutige Kometensterne!Hört ihr wie der Donner kracht?" zong, woorden uit één van de weinige Duitstalige opera's van Mozart

Emmes is de beste scheiker( ')), zegt een Jiddisch spreekwoord, maar iedereen rond het eurodrama past het in de omgekeerde volgorde toe, leugen is de beste waarheid, en de verantwoordelijken houden zich nog steeds krampachtig aan de eigen waarheidsleugen vast.

In de avonduren bereik ik deze maandag nog net luxemburg, waar ik dit jaar de eerste uitlandige nacht onder een onstuimige hemel ga doorbrengen.

Kok en al die andere euro-idiologen doen mij denken aan die talloze voorbijkomende meteorologen: de voorspellingen waren uiteraard feilloos, alleen het weer werkte even niet mee.

Aldus schreef ome Willem.

') Emmes is de beste scheiker; waarheid is de beste leugen.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » wo jan 04, 2012 6:11 am

Merkwaardig, het weer, zo in deze eerste week waarbij het water in ontelbare liters vanuit de lucht op de aarde neerdaalt en menig rivier buiten haar oevers laat treden.

Niet lang nadat ik vertrok kwam ik vanmorgen aan in Aubange, een dorpje tegen de Luxemburg-Franse grens aan, maar nog net in België en gaf daar bij een fabriek vier zogenaamde bigbags af, palletgrote zakken van, meestal, ongeveer 1.000 kilo per stuk en daarna reisde ik verder, via Verdun naar Saint Dizier en Auxerre, en daar ook weer verder.

Een donker uitgestrekt wolkendek zweefde boven mij, aangevoerd met nog meer uit het westen zodat het dek al maar dikker en dikker werd en aan de verre einder, naar dáár, waar ik naar toe reed, nam ik een paar keer nog een opklaring waar, een doorbrekende zon, maar de wolken haastten zich zo snel, dat ik daar nimmer aankwam.

Om mij heen ondergelopen akkers, steeds meer, kolkende riviertjes en nagenoeg de hele dag regen, regen met straffe rukwinden, en terwijl het donker werd reed ik Auxerre uit, de weg op naar Nevers waarbij ik een tijd lang, tot aan deze stad, langs de Nièvre reed en links en rechts van de weg in het duister de spiegeling van water zag, enorm veel water, van een veel te breed geworden rivier die in de verderop gelegen stad de Loire in stroomt, op weg naar de oceaan.

'T is als een metafoor voor het einde van onze beschaving, want wij zijn inmiddels afgedreven langs woelige modderstromen en onze mogelijkheden om de rotsgronden van de zelfcontrole nog te bereiken zijn zo goed als uitgesloten en zo drijven we af, ver van onze oude lichtbakens, onze Europese schipbreuk tegemoet.

De herhaling van de noodlottige cyclus van vroegere beschavingen.

Een woeste stroom neemt alles, wat op haar weg ligt, mee. Soms blijven er hier en daar slechts wat scherven achter, misschien nog een verroest euromuntje.

Stromen de rivieren ons niet tegen?

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » do jan 05, 2012 8:27 pm

Baardmossen geven een lichte groenglans over de bomen waardoor, ondanks de wintertijd ook de kale bomen nog groen lijken terwijl ook soms een bijna ongezien rode glans de boomtakken versierd.

De Baskische dichter en wijsgeer Miquiel de Unamuno antwoordde op de vraag, of hij nog vertrouwen had in de jeugd, resoluut met "Neen! Ik geloof niet meer in de jeugd. Voetbal en bioscoop zijn de enige dingen waarvoor zij belangstelling heeft. De jeugd en Europa zijn van de duivel bezeten en beide zullen in waanzin sterven"

De eerste kilometers werden nog in het donker afgelegd vandaag, maar bij het naderen van Clermont-Ferrand kreeg ik vanaf een hoogte zicht op de stad en het prachtige berglandschap rondom de stad terwijl ik tot haar afdaalde en niet lang daarna bij de Michelin bandenfabriek aankwam, mijn eerste Franse klant dit jaar.

Afgelopen nacht, en ook deze avond weer, kijken er diverse collega's weer televisie in de cabine, getuige de diverse aangebrachte schotelantenes die aan de buitenspiegels werden aangebracht. Een ander aanzienlijk deel kijkt met een laptop één of andere film, en zo gaat dat, dag in, dag uit, week, maand jaar in, jaar uit.

Banden worden er trouwens bijna niet meer gemaakt, hier, in de oude fabriek, destijds gebouwd tegen het centrum van de stad, maar voornamelijk halffabrikaten die dan weer doorgetransporteerd worden naar, voornamelijk, voormalige oostbloklanden waar de echte autobanden worden gefabriceerd.

Kostbare tijd wordt verknoeid, alleen maar kijken, je suf kijken en passief opnemen totdat het menselijke opnameapparaat onherstelbare defecten gaat vertonen en men niet meer leeft, maar beleeft, of het nu in de truckcabine of de huiskamer is. Na Clermont-Ferrand over de oude nationaal oostwaarts en het eerste stadje wat men tegenkomt is Thiers, befaamd om zijn messen en het hele stadje is dan ook vergeven van winkeltjes met messen, messen en nog eens messen. Daarna volgde een fraai berggebied met evenzo fraaie dorpjes als Noirétable en Boën waarbij je dan langs diverse kleine fabrieken komt waar harde Franse worsten worden gemaakt en waar je dan zo'n mes uit Thiers voor nodig hebt. En wát er al niet gekeken wordt, ik wil het niet eens weten, maar wel, dat door al dat passief gekijk het menselijke wezen zo een prooi wordt van allerlei ontbindende machten, het gesprek is verstomd.

De zon scheen heerlijk en ook was het bijzonder aangenaam terwijl de beekjes en rivieren overtollig water afvoerden: veel beekjes waren oeverloos en zochten hun weg over weiden en boomgaarden, teken dat het ook hier enorm geregend had. Als je maar goed kijkt, zie je antwoorden op het waarom.

Al dat gekijk, en met name naar sport en nieuws, beide volstrekt nutteloze zaken, heeft reeds het merendeel der mensheid zichzelf zijn menselijkheid ontnomen en zo is men verworden tot kliermassa met nog slechts hier en daar een pietsje spinaal bewustzijn, maar verder afgestompt tot op het bot.

Rond de middag kwam ik aan in Saint Etienne, waar mij een verrassing stond te wachten, want nadat ik de laatste klant hier achter liet en mij aanmeldde op het teruglaadadres, kreeg ik te horen dat er pas morgen kan worden geladen, tijd genoeg dus om wat rond te kuieren, maar wel spijtig dat ik nu net op deze reis geen fiets heb meegenomen.

Door radio, film, televisie en krant klopt de hele wereld bij voortduring aan ons aller mensendeuren, niets imponeert nog en alles wordt scheef getrokken in een mengelmoes van klanken, beelden en gedachten waardoor zuiver denken wordt gehinderd terwijl door veelweterij zonder weten woorden tot op de draad versleten zijn en de cultuur hebben ontzield

De namiddag bracht ik door op een enorm groot "centre commercial", waar ik in staat werd gesteld een tijd lang het winkelend publiek gade te slaan, deed zelf ook mee en bij het invallen van de duisternis dook ik de cabine en een boek in terwijl ik nog net zag hoe bijna recht boven mij een halve maan en vlak daarnaast saturnus mij vanuit de hoogte in de gaten hield.

Met sport, kei-harde muziek, nietszeggende prulkunst, film op film kijken en andere pepmiddelen tracht de hopeloze mensheid zich nog een jong en ambitieus uiterlijk aan te meten, maar de diepe rimpels van het oud zijn zijn helaas niet meer te verbergen.

De hedendaagse tijd is wellicht een miniem briesje van wat ruisende herfstbladeren in de winterzon die een naderende orkaan aankondigen.

Unamuno kondigde deze reeds aan.

Aldus schreef ome Willem.

admin
Site Admin
Berichten: 503
Lid geworden op: do aug 18, 2011 11:56 am

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door admin » wo jan 11, 2012 3:56 pm

Troosteloos, dat was wel het juist woord voor de dag van gisteren, grauw, grijs, nat en kil en daarbij ook nog een defecte radio en omdat solo a capelle zingen niet iets is wat mij ligt, vulde, afgezien wat snorrend motorgeronk, stilte de hele weg het stuurhuis.

Tel daarbij op dat ik vanwege het ontbreken van goede alternatieven ook nog eens veroordeeld werd tot het rijden van snelwegen, autobanen, en dan weet u ongeveer hoe mijn humeur er aan toe was; zwartgallig als het nimmerweer om mij.

Maar goed, vreugde en verdriet zijn, beide, voor ons even kostbaar, ondanks dat ik vanmorgen vroeg weg reed, door het donker en weerbarstig snertweer, richting Salzburg, de (geboorte)stad van Mozart waar de muren van de oude stad zijn frivole muziek uitademen, maar helaas, om zes uur in de morgen valt daar weinig van te genieten, want verder ging het, de weg naar Villach op waar naarmate ik hoger de Tauernalpen op reed, de regen plaats maakte voor sneeuw, enorm veel sneeuw en niet erg veel meer waagden het nog verder te rijden zodat ik in volstrekte eenzaamheid aan de eerste van de twee doorgaande tunnels kwam.

Door de vreugde dringt in onze ziel de schoonheid van de wereld binnen en door verdriet komt zij in ons lichaam en het is niet goed beide met elkaar te vermengen.

Uiteindelijk wist ik de sneeuwzone te trotseren, daalde af via Spittal naar Villach waar ik ook nog eens Wenen en Klagenfurt samen op één bord genoemd zag, kan het nog erger? Is er iets mooier dan de kortstondige sneeuwduinen op de eeuwige plooien van de alpenhellingen? De bergen met hun sneeuw zijn er niet minder mooi om wanneer wij weten dat er mensen in omkomen, haar schoonheid is juist des te treffender! Immers de natuur gehoorzaamt zonder te beseffen.

Het kan nog erger, want nadat ik, nog steeds vertoevende op de Europese snelwegjungle, door de Karawankentunnel reed en in Kranj de eerste -en laatste- klant voor vandaag wegbracht en ik daarna via Ljublijana verder ging, volgde ik een tijd lang de borden met de desolate naam Trieste. Nou, zo kon het wel weer.

Slovenië, ik kwam er in de zestiger en zeventiger jaren, toen nog een deel van Joegoslavië, een prachtland, maar van weleer lijkt niets meer over, zo gemoderniseerd dat niets meer aan die tijd van toen doet herinneren: de smalle wegen, de Zastava's, de stoomtrein op het station van jessenice, de lage prijzen. Niets meer... Of? Ja toch, toen ik langs Brnik kwam en de vooral links aflopende bergrug zag, de glooiende hellingen en het lege achterland in het dal, leek het net op de plaatjes die Georg Remy tekende op de laatste bladzijden van zijn boek Raket naar de maan, die paar plaatjes waar Haddock, Wolf, Zonnebloem en Kuifje in de avonduren met oude trucks naar de raket worden gebracht en ik voelde het weer even: ik ben terug in Slavië!

Dus het was vandaag niet alles kommer en kwel, want na Spittal zag ik in het zuiden de zon al doorbreken, de zon, die verder de hele dag bij mij bleef en steeds feller en warmer ging schijnen.

Alle verschrikkelijke dingen die in de wereld voorkomen zijn als de plooien in de bergen, het vallen van het water, het neerdalen van de sneeuw, de werking van de zwaartekracht, daarom zijn ze mooi en soms kan een anekdote of een gedicht die schoonheid tastbaar maken.

Langs Postojna ging de reis, het Postojna dat nietsvermoedende grotten en spelonken in de achterliggende bergen heeft dewelke een grote rol speelden in de partizanenstrijd tegen de nazi's en een uur later reed ik al weer in Italië rond.

Over de bruggen van de Isonszo, de Tagliamenta, de Pavia, Brenta en Adige, rivieren die de gevallen alpensneeuw af doet vloeien in de Adriatica, op weg, voortsnellend in westelijke richting, maar de weg is daar erg lang, en vaak ook recht.

Het was tussen Vicenza en Verona toen de zon langzaam als een vuurrode kogel achter de kim verdween en het duurde toen niet lang meer of ik hield halt bij de stad van waaruit de laatste echte koning van de Longobarden, Desiderius, heeft geregeerd, totdat hij werd verslagen door Karel de Grote die natuurlijk, naast vele andere titels, ook toen de titel van Longobardenkoning op zijn revers erbij prikte.

De naam van de streek herinnert er nog aan, Lombardia en ik bevind mij, voor zover nog niet duidelijk, in Brescia, het begin- en eindpunt van de voorheen beruchte autorace de "Mille miles".

De man die met gevoelens van tederheid kijkt naar de borduurnaald die zijn gestorven vrouw, van wie hij zielsveel hield, hanteerde. De moeder, die vol herinnering de gebarsten vaas streelt en nog precies weet hoe boos ze wel was toen haar zoontje, die er nu niet meer is, deze omgooide. Vreugde en verdriet, even kostbaar. Zo krijgt twee dagen snelweg happen ook zijn zin.

Aldus schreef ome Willem.

Thomasz
Berichten: 155
Lid geworden op: ma aug 22, 2011 1:39 pm

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door Thomasz » wo jan 11, 2012 5:43 pm

Zeer vreemd dat ene ome Willem via andere nog steeds berichten blijft plaatsen.
Ome Willem kom maar uit de kast, te gek voor woorden deze methode die U hanteert.
Open en eerlijk is toch het doel op dit Forum ?? DAAR VOLDOE U TOTAAL NIET AAN, DUS OPEN HEID, OF INPAKKEN EN WEG WEZEN !!!!!!! :evil: :evil: :evil: :evil:

Plievo
Berichten: 2947
Lid geworden op: do aug 18, 2011 8:19 pm

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door Plievo » wo jan 11, 2012 6:29 pm

Thomasz schreef:Zeer vreemd dat ene ome Willem via andere nog steeds berichten blijft plaatsen.
Ome Willem kom maar uit de kast, te gek voor woorden deze methode die U hanteert.
Open en eerlijk is toch het doel op dit Forum ?? DAAR VOLDOE U TOTAAL NIET AAN, DUS OPEN HEID, OF INPAKKEN EN WEG WEZEN !!!!!!! :evil: :evil: :evil: :evil:

Thomasz,

Ome Willem is vrachtwagenchauffeur, als hij onderweg is stuurt hij mij de berichten en plaats ik het voor hem.

Plievo

Gebruikersavatar
Wilhelmus Johannes
Berichten: 2833
Lid geworden op: di aug 30, 2011 7:21 pm

Re: Verhalen van Ome Willem

Bericht door Wilhelmus Johannes » wo jan 11, 2012 7:47 pm

Met Polen hebben de meeste reisjes van Ome Willem in ieder geval niets te maken,ik zit er dan ook niet op te wachten op al die "wijsheden" van Willem.

Plaats reactie